Buddenbrooks


Regie: Heinrich Breloer
Waar: Kijkhuis, dagelijks 21:15 (check web site)

Buddenbrooks werd al eens verfilmd in 1959 door Alfred Weidenmann. En ook Franz Peter Wirth maakte eind jaren zeventig een elf-delige televisieserie gebaseerd op de robuuste familieroman van Thomas Mann die er in 1929 de Nobelprijs voor de literatuur mee won. De versie van Heinreich Breloer die nu in de bioscoop draait duurt 140 minuten. Dat is lang maar desondanks niet lang genoeg om diepgang te geven aan de ondergang van de rijke koopmansfamilie uit Lübeck die alles verliest, zelfs de zin om te leven.

Je kunt je afvragen waarom Breloer, zelf overigens ook een televisiemaker, een budget van 16 miljoen euro heeft weten los te peuteren om deze enorme uitdaging aan te gaan. Natuurlijk behoort dit verhaal tot het Duitse erfgoed. De debuutroman van Mann is een uitvoerige analyse van de Duitse bourgeoisie in de 19e eeuw, het verhaal speelt zich af tussen 1835 – 1877. Breloer, volgens zeggen een groot bewonderaar van Mann, geeft als argument aan dat hij zich zelf herkend in het verhaal Buddenbrooks. Het is nauwelijks voor te stellen dat dat argument alleen de producenten over de brug deed komen.

De film is in zijn genre, een kostuumdrama, professioneel en kundig gedraaid. Ook is er ruime aandacht voor de kostuums en film set. De cameravoering is zeker niet plat. Cameraman Gernot Roll gebruikt regelmatig de steadycam en dat zorgt voor ietwat dynamiek. Jammer is wel dat men voor de Amsterdam scenes is uitgeweken naar Brugge. Volgens Breloer zou het draaien in Amsterdam te kostbaar zijn geweest. Daar is natuurlijk wel iets bij voor te stellen want ga alle reclameborden en auto’s maar eens verwijderen uit de binnenstad. Filmproducenten zullen ongetwijfeld leeg lopen op twee dagen filmen in Amsterdam. Dat is jammer, en niet alleen voor de film. Hoewel het een buitenlander misschien niet snel zal opvallen. Volgens Broeler is de architectuur van Brugge het meest authentiek. Dat kan zo zijn maar de grachten van Amsterdam zijn uniek.

Door de letterlijke beeldtaal, naderend onheil kondigt zich al aan in de zwarte luchten en de openwaaiende ramen, stuurt Breloer je een kant op. Je weet dat het noodlot gaat toeslaan en staat niet raar te kijken wanneer de ene na de andere Buddenbrook sterft.

De grootse acteur Armin Mueller-Stahl is zeer geschikt als de oude Jean (Johann) Buddenbrooks. Trots op het geslacht Buddenbrooks heeft hij zijn meest diegpaande gesprekken met zijn dochter Antonie ‘Tony’ (Jessica Schwarz). Hij zal haar opportunistisch uithuwelijken aan een gefortuneerd zakenman. De mooie romantische Tony vindt het vreselijk en ergert zich aan de man met de wrat op zijn kin. Vanaf het eerste moment dat ze kennis met hem maakt voelt ze een afkeer. Maar Tony is geen rebel en verzet zich niet ondanks dat ze de liefde van haar leven heeft gevonden in Morten, een student medicijnen die haar beloofd heeft om haar vader om haar hand te vragen als hij dokter is.

Zoon Thomas (Mark Wasche), aanvankelijk onder de invloed van zijn broer Christian (August Diehl) met wie hij een aangename jeugd doorbrengt, is een serieuze man. In toenemende mate krijgt Thomas verantwoordelijkheidsgevoel voor de graanhandel waar de familie zo rijk mee is geworden. Hij gaat naar Amsterdam omdat zijn zwager er connecties heeft. Christian die naar Londen gaat wordt in de film verder niet uitgediept. Behalve dat hij is terug gekomen met een beroerde werkethiek en liever lol maakt in het uitgaansleven. Hij begeeft zich zelfs in de kring van de concurrent, de jonge ambitieuze, maar niet adellijke, Hermann Hagenström (Fedja van Huêt). Hermann’s stille adoratie van Tony zal dat immer blijven. En Tony blijft kiezen voor de verkeerde mannen. Maar Thomas trouwt uiteindelijk met de vioolvirtuose Gerda Arnoldsen (Lea Bosco) en krijgt met haar een zoon, Hanno.

Buddenbrooks is een soort voortkabbelend verhaal. Weliswaar beperkt door de wetten van film en tijd maakt Breloer zich er ietwat met-een-jantje-van-leiden van af. Hij heeft bijna tweeeneenhalf uur tot zijn beschikking om drie generaties Buddenbrooks uit te diepen. En dat lukt natuurlijk niet. Desaltnietemin is Buddenbrooks de moeite waard als je van dit genre houdt. Met een dergelijke film kan de Duitse filmindustrie de Engelsen bijna naar de kroon stoten.

Geen opmerkingen: